Risicobeheer
Het risicobeheer is gericht op het beperken van financiële risico’s. In het treasurystatuut zijn richtlijnen en limieten opgenomen, die de basis vormen voor alle transacties op dit gebied. Daarnaast geeft de Wet Fido normen voor het beperken van risico’s. De belangrijkste risicocategorie is het renterisico, waarvan de kasgeldlimiet en de renterisiconorm belangrijke richtlijnen zijn om renterisico’s te beperken. De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd tot één jaar en de renterisiconorm heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd vanaf één jaar. Het doel van deze normen van de Wet Fido is te voorkomen dat bij herfinanciering van de leningen bij (aanzienlijk) hogere rente grote verschillen optreden in de hoogte van de rente die de gemeente moet betalen. De normen beperken de budgettaire risico's. Het niveau van de kasgeldlimiet is gelimiteerd op 7% van de begrote lasten. De renterisiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer dan 20% van het begrotingstotaal mogen bedragen. De norm beoogt een evenwichtige opbouw van de leningen in de tijd. De provincie toetst de kasgeldlimiet en de renterisiconorm uit hoofde van financieel toezicht.